Jacob Dagloonder in werkkampen in Nederland
Maar hoe kwam Jacob in de strafbarak terecht?
Door de anti-Joodse maatregelen verloren veel Joden hun werk. Vermoedelijk is ook Jacob werkeloos geraakt door deze steeds verdergaande beperkingen. Voor de oorlog had de Nederlandse overheid werkverschaffingsprojecten in het leven geroepen om werklozen arbeid te laten leveren in ruil voor hun uitkering. Bekend project was de aanleg van de Bosbaan in Amsterdam-Buitenveldert.
Begin januari 1942 werd de Joodsche Raad gevraagd namen te leveren van werkloze Joodse mannen. Werkkampen voor werklozen met name in het Noorden van Nederland, maar ook rond Amsterdam, werden omgevormd naar Joodse werkkampen. Ook Jaap kreeg een oproep, hetgeen betekent dat hij als werkeloos genoteerd stond in de kaartenbak van de Joodsche Raad. Het feit dat hij gehoor moest geven aan de oproep, betekent ook dat hij nog thuis woonde.
Op 31 maart 1942 werd hij in werkkamp Echten geplaatst. Dit kamp lag tussen Echten en Ruinen in de provincie Drenthe. Het bestond uit twee barakken, ieder voor 48 personen. De mannen waren in kamers met elk 8 personen verdeeld. Het is me (nog) niet duidelijk wat het werk was wat de mannen geacht werden te doen. Het was in ieder geval zwaar, blijkens een brief die een van de mannen naar huis schreef.
Jaap was uiteraard geheel tegen zijn zin in dat kamp opgenomen. Hij onderging zijn verblijf daar niet lijdzaam, maar weigerde ronduit werk te doen. Daarop werd hij overgeplaatst naar het strafwerkkamp It Petgat bij het dorp Blesdijke ten zuiden van Wolvega in de gemeente Weststellingwerf in Friesland. In It Petgat bevonden zich alleen Joodse mannen die zich in de ogen van de Duitsers hadden misdragen. Er heerste een veel strenger regime dan in de werkkampen. De bewaking van het kamp was in handen van Nederlandse marechaussees en mariniers. Er werden appèls gehouden. In het werkkamp droegen de mannen hun eigen kleding, in It Petgat overalls. Er werd gedreigd met deportatie naar kamp Amersfoort. De mannen werden geïntimideerd met demonstraties met honden.
It Petgat in 2021. Van het oorspronkelijke kamp resteren nog wat fundamenten, maar de documentatie op het terrrein geeft een goed beeld van hoe het was. (foto Nanda Geuzebroek)
It Petgat lag in een moerassig gebied. Volgens een ooggetuigenverklaring bestond het werk vooral uit spitten. De toezichthouders bij het werk waren niet al te fanatiek, zodat de mannen af en toe konden smokkelen met de grootte van het te bewerken stuk grond.
Volgens Jacobs eigen, naoorlogse verklaring aan het Nederlandse Rode Kruis zou hij ook daar werk geweigerd hebben en naar kamp Amersfoort zijn overgeplaatst. De verklaring van Jacob is echter nogal warrig. Hij haalt bijvoorbeeld de chronologie door elkaar. Zo zegt hij al in 1941 in Echten te zitten, terwijl dat pas in 1942 in gebruik genomen werd. Het kamp It Petgat werd op 15 juli gesloten. Mogelijk is hij toen naar Kamp Amersfoort overgeplaatst. Helaas is de administratie van kamp Amersfoort voor het grootste deel verloren gegaan, zodat hier geen schriftelijk bewijs van is. Op Jaaps transportkaart staat een datum gestempeld: 7 augustus 1942. Van Rens opperde de mogelijkheid dat hij op die datum vanuit Amersfoort naar Westerbork is verplaatst. Hij werd in strafbarak 68 geplaatst.
Alle werkkampen werden op Jom Kimpoer (2 oktober) gesloten en de ‘bewoners’ werden op de trein gezet naar Westerbork. Bij de telling van de gevangenen in Westerbork op 2 oktober 1942 werd ook Jacob geteld.
Bronnen
- Mededelingen van Herman van Rens, auteur van Tussenstation Coselm Joodse mannen uit West-Europa naar dwangarbeiderskampen in Silezie , 1942-1945, Hilversum, 2020
- https://joodsewerkkampen.nl/geschiedenis * https://joodsewerkkampen.nl/overzicht-joodse-werkkampen/echten
- https://joodsewerkkampen.nl/overzicht-joodse-werkkampen/it-petgat
- NA HaNRK-2050, inventarisnummer 839 23 oktober 1942 - Cosel / St Annaberg - Jacob Daglooner
- Een gedetailleerdere indruk over het leven in de werkkampen is te krijgen uit het ooggetuigenverslag van Coenraad Rood, die in werkkamp Rouveen zat.