Pieter Jacobsz Geusebroek (1647-1675)
Pieter Jacobsz Geusebroek (1647-1675)
De oudste zoon Pieter Jacobsz Geusebroeck verzeilt ook in het binnenschippersvak. Hij wordt veerschipper op Rotterdam. Veel gegevens heb ik niet van hem kunnen vinden. Wel heb ik een testament van hem gevonden dat hij in februari 1675 maakte. Hij laat o.a. een schuttersgeweer, enige zilveren voorwerpen en zijn veerschip na aan vrienden. Hij legateert de kinderen van zijn zuster Lijsbet die in De Rijp woont met f200. De rest van zijn bezittingen laat hij na aan zijn zusters Sasje en Trijn en zijn broer Claes.
Lijsbet Jacobs Geusebroek (overl. ca. 1681)
Hieruit blijkt dat zuster Lijsbet Jacobs, die dan nog in leven is, gepasseerd wordt. Lijsbet neemt een wat aparte positie binnen het gezin in. Wat hiervan precies de oorzaak is, is moeilijk te achterhalen. Eerste opmerkelijke feit is, dat zij in 1657 uit de nalatenschap van haar tante Maritien Claesdr, zuster van haar moeder, als enige van de kinderen een legaat krijgt.
Bij het overlijden van hun vader in 1670 blijkt Lijsbet weer in een uitzonderingspositie te staan: als enige van de kinderen ondertekent ze de inventarisatie, die van hun vaders bezittingen is gemaakt, niet. Dit kan te maken hebben met het feit dat Lijsbets man Sijmon Cornelisz een flink bedrag heeft geleend van zijn schoonvader. Hij hoort dus tot de debiteuren van de inboedel. Deze zaak sleept twee jaar. Het gerecht komt er zelfs aan te pas in de deze zaak ‘tusschen soo na vrunden niet behorende’. In februari 1672 wordt de zaak met ieders instemming geregeld.
Doopgegevens van de kinderen van Lijsbet Jacobs en Sijmon Cornelisz Eertswoud in De Rijp heb ik niet kunnen vinden. Blijkens het testament van broer Pieter moet zij meerdere kinderen gehad hebben.